Het is schipperen op de Nederlandse arbeidsmarkt. Niet omdat er te weinig banen zijn, maar omdat er weinig mensen zijn die nieuwe plekken kunnen opvullen. En dat tekort aan werknemers is het grootst in de ICT-sector.

“Ik had vacatures echt een jaar openstaan, en kreeg niks binnen,” zegt Roos Tji, verantwoordelijk voor de IT-ontwikkeling bij een bedrijf dat software ontwikkelt voor verzekeringsmaatschappijen. “De mensen die wel beschikbaar zijn, hebben niet de juiste kwaliteiten of zijn freelancer en daardoor hartstikke duur.”

In de informatie- en communicatiesector is het aantal vacatures het afgelopen kwartaal per duizend werknemers met 7 procent gestegen. Er zijn er nu zo’n 57 vacatures per duizend banen, meldt het CBS. Om toch aan genoeg ICT’ers te komen, moeten bedrijven creatief zijn: actief nieuwe werknemers werven en opleiden.

In de eerste twee jaar dat Tji bij het bedrijf zat probeerde ze van alles. De website werd opgeleukt, “die was een beetje saai”, en vacatures verspreid op social media. Maar zonder veel succes. “Developers zitten niet op social media, en ook niet op LinkedIn.”

En dus besloot ze haar pijlen op het buitenland te richten en plaatste de vacatures op internationale websites. Dat werkte wel: de afgelopen drie jaar heeft ze twintig man uit het buitenland aan kunnen nemen. Ze komen onder meer uit Egypte, Jordanië, Canada, Rusland, Italië.

Skype-sollicitatie

Daar gaat wel wat werk in zitten. “Als ik een goed cv zie, doen we eerst twee Skype-interviews. Zijn we tevreden, dan laten we de persoon naar Nederland vliegen voor twee dagen. Die draait dan twee dagen mee en krijgt een opdracht. Aan het eind van die twee dagen bieden we een contract aan, of we wijzen ze af,” legt Tji uit.

Daarnaast werkt het bedrijf van Tji samen met een bedrijf in Oost-Europa, dat software-ontwikkelaars in dienst heeft en kan verhuren. Dat heeft twee voordelen. “Hun opleidingsniveau is vaak een stuk hoger, en hun tarieven zijn lager.” In Nederland kost een junior developer 65 euro per uur, zegt ze. Daar maar 27 euro.

Betaalde omscholing

Maar ook binnen onze landsgrenzen proberen bedrijven ICT’ers te vinden. Hier worden mensen omgeschoold tot ICT-professionals. Bijvoorbeeld bij wervingsbureau Calco. Mensen zonder ervaring leren hier programmeren en doen ervaring op bij een groot bedrijf.

Het bedrijf neemt ieder jaar meer dan 300 onervaren mensen en leidt ze op tot programmeurs en data-analisten. “Het maakt niet uit wat mensen gestudeerd hebben. Wij zijn niet op zoek naar ICT’ers, maar naar slimme mensen die complexe systemen snel leren begrijpen”, zegt Margo Renes, recruiter bij Calco.

De stijgende vraag naar ICT’ers kwam volgens Renes zo midden 2014. Waar het bedrijf voor die tijd ieder jaar 120 mensen opleidde tot IT’er, zijn dat er nu jaarlijks meer dan 300. En dat zullen er alleen maar meer worden, vermoedt Renes die maandelijks tientallen nieuwe werknemers aanneemt. Volgens haar zijn er veel starters op de arbeidsmarkt die na het afronden van een alfastudie toch de ICT in willen. “Ze ontdekken dat het werk heel anders is dan ze hadden gedacht.”

Code schrijven is eigenlijk heel leuk.

Joyce Koetsier

Een van hen is Joyce Koetsier (27). Zij is in januari begonnen met haar interne opleiding, een traineeship. “Ik dacht: je zit dan alleen achter een computer en bent maar wat code aan het schrijven”, zegt ze. “Maar code schrijven is eigenlijk heel leuk en je bent niet opgesloten, maar werkt samen om tot de meest efficiënte oplossing te komen.”

Voor jonge starters als Joyce is een ICT-opleiding best aantrekkelijk. Zij hebben straks een hoge baankans en krijgen tijdens de opleiding al redelijk betaald. “Ik hoef me geen zorgen te maken om geld”, zegt Joyce. Maar dat is voor haar niet het belangrijkste. “Ik wil mezelf blijven uitdagen. Dan zit je in de ICT wel goed met al die ontwikkelingen”, zegt ze.

Zoekt u briljante ICTers neem dan contact met ons op.